Controleer het volgende als een foutmelding wordt weergegeven.
De batterijtemperatuur is te hoog. De camera wordt uitgeschakeld.
De camera schakelt uit om oververhitting te voorkomen.
Geheugenkaart beschermd tegen overschrijven.
Deze kaart kan niet gebruikt worden.
Deze geheugenkaart kan niet gelezen worden.
Ongeformatteerde kaart. Kaart formatteren?
Geen geheugen meer.
Beeld kan niet worden opgeslagen.
Er kan geen score aan andere foto's worden gegeven.
Album is vol. Er kunnen geen foto's worden toegevoegd.
Beeld kan niet worden gewijzigd.
Kan film niet opnemen.
Geheugen bevat geen beelden.
Bestand bevat geen beeldgegevens.
Alle beelden zijn verborgen.
Zet de camera uit en weer aan.
Communicatiefout
Systeemfout
Printerfout: controleer printerstatus
Printerfout: controleer papier.
Printerfout: papierstoring.
Printerfout: geen papier.
Printerfout: controleer inkt.
Printerfout: geen inkt.
Printerfout: beschadigd bestand.
De camera schakelt automatisch uit. Wacht tot de camera of batterij is afgekoeld voordat de camera opnieuw wordt gebruikt.
De beveiligingsschakelaar is vergrendeld. Ontgrendel deze.
Er is een fout opgetreden bij het verkrijgen van toegang tot de geheugenkaart.
De geheugenkaart is niet geformatteerd voor gebruik in de camera.
Door de geheugenkaart te formatteren worden alle gegevens verwijderd. Als u kopieën van beelden moet bewaren, drukt u op flexibele knop 4 ( [Nee]) en slaat u de kopieën op een computer of ander medium op voordat u de geheugenkaart gaat formatteren. Druk op flexibele knop 3 ( [Ja]) om de geheugenkaart te formatteren.
Geheugenkaarten
Wis beelden of plaats een nieuwe geheugenkaart.
Er zijn al 999 beelden van een score voorzien of aan de favorieten toegevoegd. Verwijder een aantal scores of verwijder enkele beelden uit de favorieten.
Scores wijzigen of verwijderen van afzonderlijke beelden, Alle scores verwijderen, Individuele beelden verwijderen uit favorieten, Alle beelden verwijderen uit favorieten
Controleer of de foto's bewerkt kunnen worden.
Beperkingen bij het bewerken van beelden, Beelden kunnen niet worden bewerkt.
Er is een time-out opgetreden bij het opslaan van de film op de geheugenkaart. Selecteer een geheugenkaart met een hogere schrijfsnelheid.
Te gebruiken geheugenkaarten, Maximale duur van een filmopname
Er bevinden zich geen opnamen in het interne geheugen of op de geheugenkaart.
Het bestand is niet gemaakt of bewerkt met deze camera. Het bestand kan niet worden weergegeven op deze camera. Bekijk het bestand met een computer of het apparaat dat werd gebruikt om dit bestand te maken of bewerken.
Er zijn geen beelden beschikbaar voor een diashow, enz.
Er is een fout opgetreden in de werking van het objectief. Als u de camera uit- en vervolgens weer inschakelt, werkt het objectief weer normaal.
De camera is ingeschakeld, maar reageert niet.
Als de fout zich blijft voordoen zelfs nadat u de camera hebt uit- en opnieuw ingeschakeld, neemt u contact op met uw leverancier of met een door Nikon geautoriseerde onderhoudsvertegenwoordiger.
Er is een fout opgetreden bij het communiceren met de printer. Schakel de camera uit en sluit de USB-kabel opnieuw aan.
Beelden afdrukken op een printer
Er is een fout opgetreden in de interne schakelingen van de camera. Zet de camera uit, verwijder de batterij, plaats deze weer terug en zet de camera aan.
De camera is ingeschakeld, maar reageert niet.
Als de fout zich blijft voordoen, neemt u contact op met uw leverancier of met een door Nikon geautoriseerde onderhoudsvertegenwoordiger.
Druk, nadat het probleem is opgelost, op flexibele knop 3 ( [Hervatten]) om het afdrukken te hervatten.
Raadpleeg de printerhandleiding voor meer instructies en informatie.
Laad papier van het opgegeven formaat en druk vervolgens op flexibele knop 3 ( [Hervatten]) om het afdrukken te hervatten.
Raadpleeg de printerhandleiding voor meer instructies en informatie.
Verwijder het vastgelopen papier en druk op flexibele knop 3 ( [Hervatten]) om het afdrukken te hervatten.
Raadpleeg de printerhandleiding voor meer instructies en informatie.
Laad papier van het opgegeven formaat en druk vervolgens op flexibele knop 3 ( [Hervatten]) om het afdrukken te hervatten.
Raadpleeg de printerhandleiding voor meer instructies en informatie.
Er is een probleem met de inkt van de printer. Controleer de inkt en druk op flexibele knop 3 ( [Hervatten]) om het afdrukken te hervatten.
Raadpleeg de printerhandleiding voor meer instructies en informatie.
Vervang de inktpatroon en druk op flexibele knop 3 ( [Hervatten]) om het afdrukken te hervatten.
Raadpleeg de printerhandleiding voor meer instructies en informatie.
Er is een probleem met het beeldbestand dat u wilt afdrukken. Druk op flexibele knop 4 ( [Annuleren]) om het afdrukken te annuleren.