Kies of de camera de voorvertoning op de monitor aanpast om te laten zien hoe de opname-instellingen de tint en helderheid van de uiteindelijke foto beïnvloeden. Ongeacht de geselecteerde optie zijn de effecten van de camera-instellingen altijd zichtbaar in de videomodus.
Optie
Beschrijving
f
[ Toon effecten van instellingen ]
De effecten van witbalans, Picture Controls, belichtingscompensatie en andere instellingen die van invloed zijn op kleur en belichting, zijn zichtbaar in de opnameweergave. Als u de multi-selector naar rechts drukt wanneer [ Effecten van instellingen weergeven ] is gemarkeerd, worden de opties [ Altijd ] en [ Alleen wanneer flitser niet wordt gebruikt ] weergegeven.
[ Altijd ]: De effecten van de instellingen zijn ook zichtbaar wanneer een flitser is bevestigd en klaar is om te flitsen.
Deze instelling wordt aanbevolen als het beeldscherm wordt gebruikt voor het aanpassen van de belichting van de achtergrond.
Het hoofdonderwerp kan op het opnamescherm donker lijken.
De helderheid van de scène die in het opnamescherm wordt weergegeven, kan afwijken van die van het werkelijke onderwerp als TTL is geselecteerd voor de flitserregelingsmodus met [ AAN ] geselecteerd voor [ ISO-gevoeligheidsinstellingen ] > [ Automatische ISO-gevoeligheidsregeling ] in het foto-opnamemenu.
[ Alleen wanneer de flitser niet wordt gebruikt ]: De helderheid van het scherm wordt aangepast voor optimaal kijkcomfort (met uitzondering van enkele compensatiewaarden) zodat deze gelijk is aan [ Aanpassen voor optimaal kijkcomfort ] wanneer een flitser is bevestigd en klaar is om te flitsen. De effecten van de instellingen op de kleuren zijn zichtbaar.
f verschijnt op het opnamescherm.
g
[ Aanpassen voor gemakkelijker bekijken ]
De effecten van wijzigingen in instellingen zoals witbalans, Picture Controls en belichtingscompensatie zijn niet zichtbaar in de opnameweergave. Als u de multi-selector naar rechts drukt wanneer [ Aanpassen voor een beter zicht ] is gemarkeerd, worden de opties [ Automatisch ] en [ Aangepast ] weergegeven.
[ Auto ]: Kleur, helderheid en andere instellingen worden aangepast voor een betere weergave, waardoor u gemakkelijker foto's kunt kadreren en andere taken kunt uitvoeren.
[ Aangepast ]: Druk de multi-selector naar rechts om individuele aanpassingen te maken aan [ Witbalans ], [ Picture Control instellen ] en [ Schaduwen verhelderen ].
[ Witbalans ]: Kies uit [ Huidige instelling bekijken ], [ Automatisch ] en [ Kleurtemperatuur kiezen ]. Selecteer [ Kleurtemperatuur kiezen ] om de kleurtemperatuur voor de opnameweergave te kiezen.
[ Picture Control instellen ]: Kies uit [ Huidige instelling bekijken ] en [ Aanpassen voor gebruiksgemak ].
[ Schaduwen verhelderen ]: Kies of en in welke mate de camera schaduwen (donkere gebieden) in het scherm verheldert; de beschikbare opties zijn [ Uit ], [ +1 ], [ +2 ] en [ +3 ]. Hoe hoger de waarde, hoe groter het effect.