Gebruik deze optie om de door de camera geselecteerde belichtingswaarde fijn af te stemmen; belichting kan voor elke meetmethode apart worden afgesteld. De belichting kan omhoog worden aangepast voor heldere belichtingen of omlaag voor donkere belichtingen in het bereik van +1 tot −1 LW in stappen van 1/6 LW. De standaardwaarde is 0.
Belichting nauwkeurig afstellen
Ongeacht de optie die is geselecteerd voor persoonlijke instelling b3 [ Optimale belichting nauwkeurig afstellen ], wordt het pictogram voor belichtingscompensatie ( E ) niet weergegeven. De enige manier om te bepalen hoeveel belichting is gewijzigd, is door de hoeveelheid te bekijken in het fijnafstellingsmenu voor persoonlijke instelling b3.