- Z 50 Naslaggids
- Menugids
- A Aangepaste instellingen: fijnafstemming van camera-instellingen
- f6: Omgekeerde indicatoren
f6: Omgekeerde indicatoren
G knop A (menu Persoonlijke instellingen)
Indien ( W ) is geselecteerd, wordt de belichtingsaanduiding weergegeven met negatieve waarden aan de linkerkant en positieve waarden aan de rechterkant. Selecteer ( V ) om links positieve waarden en rechts negatieve waarden weer te geven.
A Aangepaste instellingen: fijnafstemming van camera-instellingen
a: Autofocus
a1: AF-C prioriteit selectie
a2: Automatische veld-AF gezichts-/oogdetectie
a3: Gebruikte focuspunten
a4: AF-activering
a5: Focuspunt omhullend
a6: Opties voor scherpstelpunten
a7: AF bij weinig licht
a8: Ingebouwde AF-hulpverlichting
a9: Handmatige scherpstelring in AF-modus
b: Meting/belichting
b1: EV-stappen voor belichtingsregeling
b2: Eenvoudige belichtingscompensatie
b3: Centrum gewogen gebied
b4: Optimale belichting afstemmen
c: Timers/AE-vergrendeling
d: Opname/weergave
d1: opnamesnelheid in CL-modus
d2: Max. continue afgifte
d3: modus voor belichtingsvertraging
d4: Sluitertype
d5: selecteerbaar beeldgebied beperken
d6: Bestandsnummerreeks
d7: Instellingen toepassen op livebeeld
d8: Rasterweergave
d9: Hoogtepunten pieken
d10: Alles bekijken in continue modus
e: Bracketing/flits
e1: Flitssynchronisatiesnelheid
e2: Flitssluitertijd
e3: Belichtingscomp. voor flits
e4: Auto c Instelling ISO-gevoeligheid
e5: volgorde van bracketing
f: Bediening
f1: i menu aanpassen
f2: Aangepaste bedieningselementen (opnamen maken)
f3: Aangepaste bedieningselementen (afspelen)
f4: Instelschijven aanpassen
f5: Laat de knop los om de draaiknop te gebruiken
f6: Omgekeerde richtingaanwijzers
g: Film