Over gesynchroniseerde release

Verkrijgbaar met D6 en D5 digitale camera's, groepen met gesynchroniseerde ontspanknop een mastercamera met maximaal tien externe camera's uitgerust met WT-6 draadloze zenders (apart verkrijgbaar) en synchroniseert de sluiters op de externe camera's met de ontspanknop op de mastercamera.

Gesynchroniseerde release gebruiken

Configureer alle camera's als volgt:

  1. Selecteer in het setup-menu [ Wired LAN/WT ] > [ Wired LAN/WT functions ] en kies [ Enable ].
  2. Selecteer [ Hardware kiezen ] > [ Draadloos LAN ].

    De camera keert terug naar het scherm [ Wired LAN/WT ] wanneer u op J drukt.

  3. Selecteer [ Netwerkinstellingen ], markeer [ Gesynchroniseerde release ] en druk op W ( M ).

    De camera geeft gesynchroniseerde ontspaninstellingen weer.

  4. Pas de instellingen voor gesynchroniseerde release aan.

    Configureer de master- en externe camera's zoals hieronder beschreven. Druk op 4 om terug te keren naar het vorige scherm wanneer de instellingen zijn voltooid.

    Optie

    Beschrijving

    [ Groepsnaam ]

    Voer een groepsnaam in voor de gesynchroniseerde camera's. Groepsnamen kunnen maximaal 16 tekens lang zijn.

    • De master- en externe camera's moeten zich allemaal in dezelfde groep bevinden.

    [ Meester/afstandsbediening ]

    Kies voor elke camera een rol uit "master" en "remote".

    • [ Master camera ]: Als u op de ontspanknop op de mastercamera drukt, worden de sluiters op de externe camera's ontgrendeld. Elke groep kan slechts één master hebben.

    • [ Externe camera ]: de sluiters op de externe camera's worden gesynchroniseerd met de sluiter op de hoofdcamera.

    [ Cameracontrole op afstand ]

    Selecteer [ Aan ] om te controleren of de externe camera's gereed zijn.

    • Deze optie is alleen beschikbaar als [ Master camera ] is geselecteerd voor [ Master/remote ] op de huidige camera.

    • De indicator van het cameranetwerk knippert oranje om te waarschuwen als het aantal camera's dat terugkeert naar "gereed" minder is dan het aantal dat is geselecteerd voor [ Aantal externe camera's ].

    [ Aantal externe camera's ]

    Voer het aantal ([ 1 ]–[ 10 ]) externe camera's in de groep in. Deze optie is alleen beschikbaar als [ Aan ] is geselecteerd voor [ Externe cameracontrole ].

  5. Selecteer [ Netwerkinstellingen ], markeer [ Gesynchroniseerde release ] en druk op J .

    De camera maakt verbinding met het netwerk.

  6. Foto's maken.

    • Door op de ontspanknop op de hoofdcamera te drukken, worden de sluiters op de externe camera's ontgrendeld.

    • Houd er rekening mee dat de stand-by-timers niet automatisch verlopen als de camera's in de gesynchroniseerde ontspanstand staan.

Cameracontrole op afstand

Als [ Aan ] is geselecteerd voor [ Externe cameracontrole ], worden waarschuwingen weergegeven als een van de externe camera's niet gereed is.