Kies de opties die beschikbaar zijn wanneer beeldveldselectie aan het i-menu of aan de instelschijven en een camerabediening wordt toegewezen. Markeer de gewenste opties en druk op 2 om te selecteren of deselecteren. Druk op J om de wijzigingen op te slaan zodra de instellingen zijn voltooid.

A Persoonlijke instellingen: fijnafstelling camera-instellingen

a: Autofocus

b: Lichtmeting/belichting

c: Timers/AE-vergrendeling

d: Opnemen/weergeven

e: Bracketing/flits

f: Bediening

g: Film