Als in handmatige scherpstelstand focus-peaking wordt ingeschakeld, dan worden voorwerpen die scherp in beeld zijn, aangeduid door gekleurde omtreklijnen in de weergave. Kies het peakingniveau en de kleur van de omtreklijn.

  • Peakingniveau: Kies uit 3 (hoge gevoeligheid), 2 (standaard), 1 (lage gevoeligheid) en Uit; hoe hoger de instelling, des te groter de diepte die scherp in beeld wordt getoond.
  • Markeringskleur voor peaking: Kies de markeringskleur.

A Persoonlijke instellingen: fijnafstelling camera-instellingen

a: Autofocus

b: Lichtmeting/belichting

c: Timers/AE-vergrendeling

d: Opnemen/weergeven

e: Bracketing/flits

f: Bediening

g: Film